Zwitserse glanserebia
Nu het weer omslaat en de dagen korter worden, begint er meer tijd te komen om al het fotomateriaal van het afgelopen jaar te bewerken. Het is een duik terug in de tijd, erg leuk om zo voor de tweede keer met je beelden bezig te zijn. De zomer komt zo weer helemaal terug. Herinneringen aan een heerlijke tijd. Het genieten van de prachtige vlinders in Aosta was dit jaar op vlindergebied letterlijk en figuurlijk een hoogtepunt.
Alpenhooibeestje
Geelsprietdikkopje
Zwarte apollovlinder
Bosparelmoervlinder
Herdersparelmoervlinder
In de buurt van Aosta ligt het natuurpark Grand-paradiso, een bergmassief dat ruim 4000 meter boven Valle d’Aosta uitsteekt. Dit gebied is in alle opzichten een paradijs, maar het zijn toch wel de grote hoeveelheden vlinders die het zo bijzonder maakt voor mij. Niet alleen de aantallen vlinders, maar ook de grote diversiteit aan soorten, zorgt er voor dat je niet uitgekeken raakt. Niet alleen uitgekeken maar ook niet uit gefotografeerd.
Bleekblauwtje
Witstreepblauwtje
Het is dan ook goed oppassen, voor je het weet heb je zo 100 GB aan plaatjes geschoten. Al die beelden moeten ook weer uitgezocht worden en dat is veel werk. Een beetje selectief te werk gaan in het veld, kan dan ook geen kwaad. Rustig een vlinder benaderen, kijken of de achtergrond mooi is, of het licht goed is en of de compositie juist is en dan pas afdrukken. Hopen dat de vlinder blijft zitten en hopen dat de foto scherp is. Iets wat hoger in de bergen nog wel eens wil mislukken door de harde wind die daar vaak staat. Door de beperkt scherptediepte bij een macrolens staat de minste beweging al garant voor een onscherpe foto.
Heideblauwtje
Alpenbauwtje
Een van de soorten die we dolgraag wilde zien tijdens deze vakantie was het Alpenblauwtje. Een soort die niet zo algemeen is als het Heideblauwtje in deze regio. Het was dan ook erg leuk om een kakelverse vlinder te vinden. Nog mooier was het, na wat mislukte pogingen dat ik het Alpenblauwtje hebben kunnen fotograferen. Dat Aosta rijk is aan vlinders blijkt wel uit het aantal soorten die je er kunt aantreffen. Met meer dan 140 soorten dagvlinders ben je niet zomaar uitgekeken. Om ze allemaal te zien moet je dan ook meerdere bezoeken brengen. Iets waar ik nu al reikhalzend naar uitkijk. Wat mij betreft kan de winter niet snel genoeg voorbij zijn.
Wil Leurs