Vorige week een verkenningsreis naar het laatste oerbos van Europa, Bialowieza gemaakt. Doel van deze reis was om mogelijkheden voor het organiseren van individuele reizen te bekijken. Maar vanzelfsprekend was het ook de bedoeling zelf de nodige foto's mee te pikken.
Na bij aankomst op het vliegveld van Warschau getrakteerd te zijn met een innige omhelzing van een voor mij geheel onbekende taxichauffeur hobbelden we in vier uur tijd richting plaats van bestemming; Bialowieza. Het landschap veranderd van de grauwheid en drukte van Warschau, in de weidsheid en bebossing van het Polen zoals wij ons dat voorstellen. De dagen er voor heeft het hard gesneeuwd en overal zie ik mensen in de weer om de daken van hun huizen sneeuwvrij te maken. Niet zonder reden want hier en daar zie ik ingestorte schuurtjes die al bezweken zijn onder het gewicht van de sneeuw.
Ik logeer de eerste dagen in een fraai oud Pools huisje met twee enorme houtkachels waarvan de schoorsteen met een enorme omweg door het huis naar buiten wordt geleidt en zo dus optimaal zijn warmte aan het huis af geeft.
De eerste twee dagen staan in het teken van een schuilhut welke mijn contactpersoon ter plaatse gebouwd heeft aan de rand van een open gebied. Doelsoort is hier de zeearend. De waarnemingen ter plaatse geven indrukwekkende cijfers aan met een keer zelfs tien arenden op de voerplek.
Het is koud, tien graden onder nul overdag met een snijdende oosten wind en het hutje is klein, heel erg klein. Ik denk twee bij een meter en ook slechts een meter hoog. Nadat de deur van het hutje is uitgegraven neem ik er mijn intrek. Op een bankje van 30 cm hoogte moet ik de dag van twaalf uur doorbrengen. We werken immers van donker tot donker, dus van vijf tot vijf. Ik moet er echter nog een keer weer uit want er ligt veel te veel sneeuw voor de lensopening. De kachel bestaat uit een bakje van ongeveer zeven cm doorsnee. Om het halve uur moet ik wat olie inschenken om het vlammetje brandend te houden. Er is echter veel te weinig olie voor de hele dag en het vlammetje geeft natuurlijk nooit genoeg warmte om mij ontdooid te houden.
De tweede hut, gezien vanuit de eerste.
Er ligt een dood wild zwijn voor de hut; aangereden en met een paard door de Polen naar deze plek gesleept. Het is nog pikkedonker en ik besluit de wekker te zetten om nog even een half uurtje slaap te pakken. Nog voor de wekker af zou gaan hoor ik de eerste raven al en in het schemerdonker zie ik er inderdaad al twee bij het varken zitten. Al vrij snel zwelt hun aantal aan en zie ik tot mijn grote schrik dat ze vooral naast het varken aan het graven zijn in de sneeuw en allemaal kleine stukjes vlees naar boven toveren. Op dat moment wist ik al dat het mis zou gaan. De Polen hebben slachtafval neergelegd en hoewel dit ideaal is om de vogels naar de plek te krijgen is het funest voor een fotograaf. De vogels nemen de stukjes vlees mee en gaan er mee vandoor. Dat gaat zo snel dat je nauwelijks een kans krijgt ze te fotograferen. En als de raven dat doen zal de zeearend dat zeker ook doen. En inderdaad, na wat indrukwekkende landingspogingen strijkt er een tweedejaars vogel voor de hut neer. Hij bedenkt zich geen moment, loopt naar de voerplek, pakt een homp vlees in zijn klauwen en gaat op de wieken. Een mooi gezicht maar ik baal als een stekker. Later zou hij nog een keer terug komen en het op de zelfde manier aanpakken. Zonde.
Wat rest is een buizerd en de raven die me ruimschoots de kans geven om vliegbeelden te maken. Ook niet verkeerd want raven zijn geweldige vogels en vooral nu ze door de sneeuw van onder belicht worden, ook erg fotogeniek. Hoewel ik me met heel goede kleding goed op de kou had voorbereid raak ik toch behoorlijk bevangen door de kou. Vooral mijn benen beginnen erg stram te worden. Twee lagen thermokleding en een gevoerde winterbroek houden het niet warm als je de hele dag stil zit. Mijn voeten hou ik af en toe even boven het vlammetje maar veel helpen doet het niet. Toch weet ik me door de dag heen te slepen maar besluit ik wel hier geen tweede dag te gaan zitten. Eerst is er flink werk aan de winkel voor de Polen om hier de nodige aanpassingen door te voeren. Geen kleine stukken vlees op het moment dat er fotografen zitten, iets meer comfort in de hut en een betere kachel. Dat geeft allemaal niet want daarvoor ben ik hier en ze staan gelukkig helemaal open voor kritiek. En het is zeker de moeite waard want de plek is ronduit fantastisch.
In de volgende aflevering gaan we op zoek naar wisenten.
Groeten,
Han Bouwmeester
Geen opmerkingen:
Een reactie posten